| Artikelen | Links | Gastenboek | Forum voor cursisten | Ervaringen | Dank | Copyright | Site Index |

De 38 Bach Bloesem Remedies hebben allemaal hun eigen specifieke werking op een bepaald emotioneel vlak. Elke remedie kan zowel apart gegeven worden als gemengd met andere remedies.

Het Bachcentre in Engeland raadt aan om tot een maximum van zeven remedies te combineren. Doordat de remedies allemaal onderling te combineren zijn, ontstaan er ontzettend veel mogelijkheden: meer dan 15 miljoen! Op die manier kan een combinatie precies op maat afgestemd worden op het te behandelen individu. Een specifiek op het individu afgestemde combinatie bestaat meestal uit zowel symptoom- als karakterremedies. De meeste remedies zijn op beide manieren te gebruiken. Wat is het verschil?

Symptoomremedie
Een symptoomremedie wordt uitgezocht aan de hand van gedrag of emoties die op dit moment een rol spelen. Een kat die telkens angstig onder de bank gaat zitten in verband met harde geluiden op straat kan met Mimulus (tegen aanwijsbare angsten) goed worden geholpen. Bij het uitzoeken van een symptoomremedie wordt dus niet gekeken naar het hoe en waarom van het ontstaan van het gedrag, en ook niet naar het karakter van het te behandelen individu.

Het kan zijn dat deze kat angstig is geworden naar aanleiding van een aantal gebeurtenissen uit het verleden. Als het dier een schokkende ervaring heeft meegemaakt waarbij een specifiek geluid een rol speelde, is het mogelijk dat zijn gedrag hierna verandert. Hij koppelt het (voorheen neutrale) geluid aan de vervelende gebeurtenis van toen en blijft hierdoor angstig reageren als hij dit hoort. In dit geval kan als symptoomremedie Star of Bethlehem aan de Mimulus worden toegevoegd. Star of Bethlehem wordt ingezet bij het behandelen van traumatische gebeurtenissen, ook als deze al langere tijd terug hebben plaatsgevonden.

Karakterremedie
Indien een remedie als karakterremedie wordt voorgeschreven past het hele wezen van het individu bij deze remedie. Hoewel het onzinnig is om dieren met mensen te vergelijken, is het ondertussen wel degelijk bekend en erkend dat dieren over een ruim scala aan emoties en eigenschappen beschikken, net zoals mensen. Dat biedt ons de vrijheid om dieren te beschrijven als verlegen, terughoudend, opportunistisch, hebberig en dergelijke; bewoordingen die tot voor kort niet mochten worden gebruikt, aangezien de wetenschap ervan uitging dat dieren slechts over lust- en onlustgevoelens beschikten. Gelukkig is men tegenwoordig een andere mening toegedaan en kunnen we deze woorden gewoon gebruiken om het specifieke dier mee te karakteriseren.

Bij het werken met Bach Remedies specifiek voor dieren rijst natuurlijk snel de vraag hoe het mogelijk is het karakter van een dier te bepalen. Het is tenslotte niet mogelijk om een gesprek aan te gaan met het dier. Natuurlijk kent de eigenaar zijn dier het beste. Deze weet wat de hebbelijkheden en onhebbelijkheden van zijn eigen dier zijn, en kan meestal duidelijk aangeven welke veranderingen er eventueel in het gedrag van het dier hebben plaatsgevonden. In een gesprek met de eigenaar komen de specifieke karaktertrekken wel naar voren.

Soms is het niet mogelijk om een specifieke karakterremedie te vinden. Denk maar aan katten die gevonden zijn, of via een asiel of opvangtehuis voor dieren bij hun nieuwe tehuis terecht zijn gekomen. Veel overgeplaatste dieren laten de eerste maanden dat zij in hun nieuwe omgeving zijn niet veel van hun ware aard zien. Meestal hebben ze al veel ellende meegemaakt en duurt het een tijd voordat ze loskomen. Toch kan de kat in een dergelijke situatie wel geholpen worden met remedies, in dit geval als symptoomremedies gebruikt, zoals Walnut (voor wennen aan veranderde omgeving en leefsituatie) en Star of Bethlehem (voor verwerking van traumatische gebeurtenissen).

Verschil in toepassing en effect
Het is voor de beginner het makkelijkst om met symptoomremedies te werken. Je kijkt naar het dier en naar de aanwezige problemen en zoekt de passende remedie(s) erbij. Je zou kunnen zeggen, dat je symptoomremedies baseert op dat wat direct zichtbaar is, de oppervlakte. De werking van symptoomremedies is hiermee ook gelijk duidelijk: zij werken oppervlakkig. Daar is niks mis mee; als een probleem direct na het ontstaan behandeld wordt, zal deze behandeling voldoende zijn.

Het wordt anders als een probleem ontstaan is door onbalans of aanleg die al langer aanwezig is. Dan is het werken met karakterremedies beter, deze werken dieper in op het wezen van het dier en de resultaten zullen dan ook meer effect hebben en langer aanhouden.

Voorbeeld symptoomremedies:

Doortje, een normaliter lieve poes van vijf jaar, is sinds een half jaar agressief en snauwerig. Ze kan van de andere katten in huis weinig meer velen en is met name agressief naar één van de kinderen uit het gezin; Koen van zeven. De andere gezinsleden worden neutraal of onverschillig behandeld. Daarnaast is ze angstig voor knallen.

Hier zouden als symptoomremedies bijvoorbeeld Vine en Mimulus kunnen worden toegediend. Vine is voor overheersend en pesterig gedrag, en wordt meestal toegediend bij agressie. Mimulus is voor benoembare angst.

Voorbeeld karakterremedie:

Het gedrag wordt in kaart gebracht:
Probleem 1: agressief gedrag naar Koen
Probleem 2: angstig voor knallen

Onderzoek dierenarts: geen lichamelijke oorzaak gevonden.

Karakter: was aanhankelijk, gemoedelijk en gezellig. Vriendelijk van aard. Half jaar geleden omgeslagen wat betreft Koen. Wat minder gezellig ook sinds die tijd. Lijkt wel of zij wel wil, maar niet durft.

Uiterlijk: ziet er wat minder fris uit dan vroeger. Eigenlijk sinds ook ongeveer 6 maanden. Slaapt onrustiger en minder lang dan vroeger. Lichaamsbeweging iets stijver dan eerst. Eet minder, is wat onrustiger tijdens het eten.

Sociaal gedrag: normaal, enigszins schichtig, duikt weg voor Koen, of is soms agressief naar hem. Normaal maar wat onverschillig gedrag naar andere gezinsleden en bekenden. Naar vreemden enigszins terughoudend.

Gedrag naar soortgenoten: snel geïrriteerd.

Door terug te denken over deze verschillende zaken komt een duidelijke samenhang (een aantal verschillende gedragingen zijn rond dezelfde tijd veranderd) naar voren. De eigenaar van Doortje komt er achter dat er toen iets moet zijn gebeurd en pakt zijn agenda erbij: een half jaar terug was het november. Is er in die maand iets vervelends gebeurd? Na even denken wordt het duidelijk: er is een melkbus met carbid ontploft, Koen was op dat moment de enige in de nabijheid van het dier. Doortje leek in eerste instantie niet zo geschrokken, dus had de eigenaar hier verder niet meer aan gedacht.

De karakteromschrijving van Doortje past prima bij Agrimony, een en al gezelligheid en vriendelijkheid. Ook het feit dat zij op het moment zelf niet zo geschrokken leek kan kloppen: als Agrimony type zorg je dat je niet buiten de boot valt qua gedrag. Schokken worden opgeslagen in het systeem, er wordt niet zo direct op gereageerd. De lichamelijke stijfheid past ook bij Agrimony. Pas nu blijkt eigenlijk dat de poes de traumatische ervaring heeft verbonden aan de aanwezigheid van Koen.

Conclusie: Doortje zou baat hebben bij een combinatie van Agrimony (karakter), Star of Bethlehem (trauma, dus symptoomremedie) en Mimulus (in dit geval symptoomremedie).

Verschil
De gekozen remedies bij symptoombehandeling verschillen van de remedies die uitgekozen zijn voor de constitutionele behandeling. Hierbij wordt immers meer gekeken naar karakter, oorzaak en gevolg. Zoals u ziet komt Vine als eerste naar voren bij de symptoombehandeling: Doortje gedraagt zich immers agressief. In de constitutioneel samengestelde combinatie is Vine niet aanwezig. Doortje is van nature erg vriendelijk. Ze is angstig geworden na een traumatische ervaring, en heeft de angst die daarbij ontstond gekoppeld aan de aanwezigheid van Koen. Ze doet alleen maar lelijk omdat ze niet bang wil zijn.

Na twee maanden behandelen met Agrimony, Star of Bethlehem en Mimulus is Doortje weer de oude. Ze speelt weer en is niet meer brommerig, ze heeft zelfs al bij Koen op schoot gezetten.

© 1998-2008 Bianca Uittenbogaard